Meerdink Bruggen is niet meer weg te denken uit Winterswijk. De basis voor het bedrijf is gelegd in 1919. Gerhard Meerdink begon aan de Parallelweg in Winterswijk een handel in inlands hout. De locatie van de houthandel, pal bij het eindpunt van diverse spoorlijnen naar Winterswijk, bleek een schot in de roos.
Moeiteloos werd hout van heinde en verre per spoorwagon aangevoerd. De houthandel werd omstreeks 1930 uitgebreid met een handel in bouwmaterialen.
Ook kwam er een timmerwerkplaats. De strategische ligging aan het spoor bleek in de oorlogsjaren echter ook een nadeel te hebben. Al in 1940 viel er een bom op de timmerfabriek, waardoor deze volledig afbrandde. Al in 1943 kwam er een nieuwe. Na de oorlog werd het assortiment houtsoorten uitgebreid met ‘exoten’, buitenlandse hardhoutsoorten.
In 1959 werd het 40-jarig bestaan van het steeds groter wordende bedrijf gevierd. Ook toen oprichter Gerhard Meerdink zich in 1948 uit het bedrijf terugtrok bleef de zaak succesvol.

De jaren 60 en de beginjaren 70 waren een tijd van expansie, vooral voor de houtafdeling. Er kwam een bedrijf in Havixbeck in Duitsland en zelfs een in Canada. De timmerfabriek floreerde met afzet door heel Nederland.

Na een moeilijke periode in de jaren 80 heeft Meerdink onder leiding van Leo Okhuijsen de weg naar boven weer gevonden en werd Meerdink Winterswijk weer een bloeiend bedrijf. Gekozen werd voor het zagen van tropisch hardhout voor de GWW-sector, het bewerken tot halffabrikaat voor de aannemerij en het maken van hardhoutconstructies. De constructies liepen uiteen van erfafscheidingen tot vlonders, bruggen en sluisdeuren.
Vooral in de tweede helft van de jaren 80 en in de jaren 90 werden grote bruggen in Duitsland gebouwd. De specialisatie bruggenbouw is na de millenniumwisseling in een stroomversnelling gekomen door het construeren in de materialen staal en kunststofcomposiet, naast verantwoord hardhout. Meerdink heeft een stevige plaats op de markt weten te veroveren en is met de realisatie van haar nieuwbouw klaar voor de toekomst.